Wat is judo?

In het verre China bestond een gevechtsmethode met de naam Jiu Jitsu. Met de blote hand werd gevochten tegen gewapende aanvallers.
Ook in Japan werd deze gevechtskunst beoefend. De Japanner Jigoro Kano (1860-1938), die er een grootmeester in was, vond dat veel meer mensen zoiets zouden kunnen doen wanneer het een sport was. Daarom liet hij uit het Jiu Jitsu een aantal gevaarlijke handelingen vervallen, maakte er duidelijke regels bij en noemde de gevechtssport die zo ontstond: Judo.

Judo betekent letterlijk 'Zachte weg'.

Kano wist namelijk dat je zonder kracht en geweld tijdens een gevecht 

toch goede resultaten kon bereiken: met snelle techniek, behendigheid, sterke concentratie en soms enige inspanning.

Sinds halverwege de vorige eeuw is judo ook in ons land populair geworden. De uitzonderlijke prestaties van de Nederlandse judoheld Anton Geesink (1934-2010) zijn daar niet vreemd aan (links op de foto).

De leerlingen (judoka's) hebben een goede onderlinge verstandhouding en gedragen zich sportief. Zo zal er ook niets gebeuren, want bij de judokunst is het van belang dat je meester wordt over jezelf en dat je onvoorwaardelijk hulp biedt aan diegenen die jou nodig hebben. Zelf wordt je steeds weer geholpen door anderen.


Je bent voor 100% verantwoordelijk voor de veiligheid van je partner.
Wat de toeschouwer zal opvallen is dat er gedisciplineerd wordt geoefend en dit moet ook wel als we de veiligheid een redelijke kans willen geven. Dat begint al met binnenkomst: correcte kleding, schone handen, schone voeten en de aandacht bij de instructie.
Zo leren de kleine kinderen dus reglementair stoeien.

Met judo-beoefening ben je intensief bezig, zodat alle spiergroepen geactiveerd worden. Het soepel en gecoördineerd bewegen is een gegeven voor een judoka. Het is daarom niet vreemd, dat er ook kinderen op doktersadvies naar de judoles komen. De kinderen kunnen zich ruimschoots uitleven in het judospel. Door middel van diverse spelsituaties leren ze snel een aantal basisprincipes, zoals behendigheid, durf, zelfvertrouwen en verantwoordelijkheid. Met name de valtechniek van het judo leent zich uitstekend voor spelvormen en door hun natuurlijke bewegingsdrang staat men vaak versteld hoe snel de kleintjes iets aanleren. Judo is erg goed om de motorische eigenschappen verder te ontwikkelen.
Omdat kinderen van jonge leeftijd tamelijk egocentrisch zijn ingesteld, is het werken in een groepje van groot belang om zodoende contacten te leggen met andere kinderen, wat belangrijk is voor hun verdere ontwikkeling.

Tijdens de wekelijkse training wordt ook veel aandacht geschonken aan techniek en wedstrijdvormen.
Regelmatig worden er (buiten verantwoordelijkheid van ABS-Judo)  judowedstrijden georganiseerd. Ook zijn er elk halfjaar weer judo-examens, waar de leerlingen een hogere graad (zichtbaar aan de kleur van de judoband om hun middel) kunnen halen.